Proef de vrijheid!
Weids uitzicht van de gelukkige ziel
“Voor die vrijheid heeft Christus ons vrijgemaakt,” zegt de heilige Paulus, "houdt dan stand en laat u niet opnieuw vasthouden onder een juk van knechtschap." (Galaten 5:1).
Maar wat moeten we ons daarbij voorstellen?
Het leven lacht je toe
Als ik aan vrijheid denk, denk ik aan een zonnige zaterdag uit mijn jeugd. Ik hoefde niks te doen – hoefde niet naar school, hoefde geen kranten rond te brengen. Ik fietste op een plattelandsweg. Er waren geen auto’s en ik kon ver vooruit kijken. De weg en mijn leven lachten me toe.
Als je vrij bent, weet je het gewoon. Je voelt het.
Achteraf zie ik dat mijn vrijheidsbesef niet per se zat in het vrij zijn van verplichtingen. We denken gauw dat de meest vrije mens degene is die leeft met de minste beperkingen. Hij kan doen wat hij wil. Daarom willen zovelen rijk en machtig zijn, want dit verruimt de keuzemogelijkheden.
Veroordeel tot vrijheid?
Maar de vrijheid om te kiezen, kan ook een last zijn. Veel jongeren kampen nu met stress vanwege een overdaad aan keuzes. Want wat moet je met je leven, wanneer er zoveel verschillende beroepen, bestemmingen en afleidingen voor je liggen? De filosoof Jean-Paul Sartre zei treffend: we zijn veroordeeld tot vrijheid.
Kunnen kiezen
Terugblikkend zie ik dat mijn jeugdige gevoel niet alleen kwam doordat ik vrij van plichten was, maar ook doordat ik vrij voor iets was. Mijn keuzevrijheid deed zich voor in een zinvolle wereld. Ik zag een mooie toekomst voor me (als basketballer, advocaat of President) en besefte dat mijn keuzes ertoe deden. Er waren veel mogelijkheden maar niet elke keuze was gelijk. Er was meer uit het leven te halen, en wat dat was, moest ik ontdekken.
Vrij van en vrij voor, allebei belangrijk. Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog maakte President Roosevelt zich sterk voor “the Four Freedoms”: vrijwaring van gebrek, vrijwaring van vrees, vrijheid van meningsuiting, en de vrijheid om God te aanbidden. Hiervoor moesten we opkomen als beschaving. De eerste drie liggen meer in het kader van het ‘vrij van’. Mensen die lijden onder honger, angst, of een repressieve regering, zijn onvrij omdat zij opgezadeld zitten met omstandigheden belemmerend zijn voor de levenslust en helderheid van geest.
Leven zoals je bedoeld bent
Maar zelfs in een, veilig, welvarend land, met vrijheid van meningsuiting – zoals het Nederland van nu – zijn mensen niet meteen om die redenen diep van binnen vrij. Want de mens hoopt op meer. Wij willen voltooiing. We willen volledig onszelf worden. Wij weten intuïtief dat wij bedoeld zijn om te leven voor meer dan onszelf alleen. Pas wanneer wij dat werkelijk doen, voelen wij ons echt vrij.
De Bijbel laat dit duidelijk zien. Natuurlijk moet de mensheid bevrijd zijn uit de slavernij. Daarom stuurt God Mozes naar Farao. Natuurlijk moeten mensen verlost worden uit hongersnood. Daarom geeft God ze manna in de woestijn. Natuurlijk heeft de mens recht van spreken. Daarom luistert God geduldig naar alle klaagliederen. Alle drie vormen van bevrijding horen bij Gods genade. Maar voor de volheid van vrijheid, moeten we verder zoeken, bij Jezus.
Jezus zegt: “De waarheid zal u vrijmaken” (Johannes 8:32) en vervolgens openbaart Hij zichzelf als de waarheid (Johannes 14:6). Hij laat ons niet verdwalen in een wildernis van keuzes, maar gaat met ons deze diepere werkelijkheid binnen. Hij waakt over ons en wijst ons de weg erdoorheen. Als schaapje onder toezicht van de Goede Herder ontdekken we de echte vrijheid. Dit horen we in Psalm 23: “De Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan niets. Hij laat mij in grazige weiden rusten, Hij voert mij naar vredig water.” De Herder geeft te eten en te drinken, maar zorgt ook voor rust, vrede en een weids uitzicht. De Naardense Bijbel vertaalt het daaropvolgende vers mooi: “Mijn levensadem keert door hem terug.” God pakt ons onze vrijheid niet af. Integendeel, God blaast daar nieuw leven in. Hij geeft ons ons eigen leven, vernieuwd, aan ons terug.
Tim Schilling