Kijktafels

Hier vind je inspirerende voorbeelden van hoe je kunt kijken en spelen passend bij het thema,
het seizoen en de feesten in deze tijd.

Samen rond de Kijktafel in de Veertigdagentijd

Op de kijktafel komt, op een lichte ondergrond, een papieren kubus te liggen: de 'Kubus met zeven kanten'! Elke week laat de kubus een plaats zien waar God gevonden kan worden. Elke week is een andere zijde de voorkant. Daarop is een afbeelding geplakt, die met het thema van de week te maken heeft. Los voor de kubus staat een lichtje, en een klein symbool.

Hoe je de kubus knutselt, vind je in de rubriek 'Knutselen en doen'. Het is even een werkje. Maar wanneer je kubus klaar is, heb je ook een prachtige vertelkubus die de hele Veertigdagentijd met je meegaat, tot en mét Pasen. Wat de zevende kant van de kubus is, ontdek je vanzelf als je hem knutselt.

SAMENKOMEN ROND DE KIJKTAFEL

Je kunt telkens hetzelfde ritueel doen rond de kijktafel met behulp van elementen uit onze rubrieken 'Vertellen' en'Bidden en vieren'. Hieronder leggen we uit hoe je dat kunt aanpakken.

Week 1 Woont God in de Schepping? (week 9 maart en volgende)

Op de kijktafel ligt op een lichte ondergrond de kubus met de afbeelding van de schepping (1) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de schepping. Denk bijvoorbeeld aan een klein plantje, boompje of een gietertje voor de groei.

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het scheppingsverhaal voor uit jullie kinderbijbel. 

- zeg nogmaals het refrein, lees het bijpassend couplet:

In de schepping, de dagen, de nachten, het licht,
de zeeën, de bergen, het wijde vergezicht
in de planten, de vissen, de dieren klein en groot,
Wil je wel geloven: daar woont God ook.

- praat samen door over de vraag: Waar zie jij God in de Schepping? Wat vind jij Gods mooiste schepsel?

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':  

Schepper God, 
Wat heeft U de wereld mooi gemaakt.
Zon, maan en sterren aan de hemel,
groen gras, blauw water, een heldere lucht.
Vogels de buitelen boven de bomen,
vissen die zwemmen in de zee.
Maar het meest kan ik me verwonderen over mezelf God,
met mijn twee benen om te gaan en staan waar ik wil,
met mijn bos haar die maar blijft groeien,
ook als ik het knip,
met mijn mond die kan zingen en huilen,
schreeuwen en kussen,
en mijn ogen die kleuren kunnen zien
en mij de weg wijzen.
En dan zeggen ze dat ik ook nog naar uw beeld geschapen ben.
Laat me daarom zuinig zijn op mezelf.
Want iets van U zit ook in mij.
En dat is een groot wonder.
Dank U wel.
Amen

- blaas het lichtje uit. 

Week 2 Woont God in de Brandende braamstruik? (week 16 maart e.v.)

Op de kijktafel ligt op een lichte ondergrond de kubus met de afbeelding van de Brandende braamstruik (2) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de braamstruik. Denk bijvoorbeeld aan een paar dorre takjes met daarachter een vlammetje (hier in oranje houder).

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het verhaal van Mozes en de brandende braamstruik voor uit jullie kinderbijbel of lees de korte navertelling van het verhaal uit de rubriek 'Vertellen'.

- zeg nogmaals het refrein, lees het bijpassend coupletje:

In de brandende braamstruik die Mozes eens zag,
een stem die hem riep en hem een opdracht gaf:
’Bevrijd al mijn mensen, trek door de woestijn.’
Wil je wel geloven: God zal daar ook zijn.

- praat samen door over de vraag: Heeft God wel eens tot jou gesproken? Wat zou je doen als Hij jou een opdracht gaf, net zoals Hij aan Mozes deed?

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':

God van alle mensen,
Wij kunnen u helpen
om de dingen die verkeerd gaan
aan te pakken in deze wereld.
Dat zal niet altijd vanzelf gaan,
soms moeten we daarvoor dingen doen
die we heel moeilijk vinden
of gewoonweg niet leuk.
Dan helpt u ons weer.
Zo kunnen we samen werken
aan een goede wereld voor elk mensenkind.
Amen  

- blaas het lichtje uit. 

Week 3 Woont God in de Ark met zijn Geboden? (week 23 maart e.v.)

Op de kijktafel ligt op een lichte ondergrond de kubus met de afbeelding van de Ark met de stenen platen met de geboden (3) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de tien geboden. Denk bijvoorbeeld aan een klein boekje, of de spelregels van een spelletje, of kies voor twee stenen (waarop de tien geboden geschreven waren).

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het verhaal van Mozes en de tien geboden voor uit jullie kinderbijbel of lees de korte navertelling van het verhaal uit de rubriek 'Vertellen'.

- zeg nogmaals het refrein, lees het bijpassend coupletje:

Op reis naar het land met een kostbare kist
met platen waarin tien geboden staan gegrift,
tien heilige regels voor ’t leven met elkaar.
Wil je wel geloven: Gods hart woont daar.

- praat samen door over de vraag: Wat vind je ervan dat er regels zijn? Waarom zijn die regels er eigenlijk? Hoe kunnen wij onze belangrijke regels goed bewaren?

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':

God van het Verbond, 
Wat je belangrijk vindt
wil je bewaren als een schat,
waar niemand zomaar bij kan.
Help ons om zuinig te zijn
op alles waar we van houden
op de dingen die ons helpen
om het leven mooi en goed te maken.
Amen

- blaas het lichtje uit.

Week 4 Woont God in de Tempel? (week 30 maart e.v.)

Op de kijktafel ligt op een paarse ondergrond de kubus met de afbeelding van de Tempel (4) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de tempel of de kerk. Denk bijvoorbeeld aan een foto van je kerk, of voor een mini-bijbel met een kaars (hier van klei met goudkarton vlam). Ook visjes die samenscholen verbeelden de tempel/kerk.

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het verhaal van de bouw van de Tempel voor uit jullie kinderbijbel (het staat in 1 Koningen 6 e.v.) of lees de korte navertelling van het verhaal uit de rubriek 'Vertellen'.

- zeg nogmaals het refrein, lees het bijpassend coupletje:

Een tent of een tempel, met stilte en sfeer,
een ruimte waar mensen zich buigen voor de Heer,
een kerk waar je leert om een mensenvriend te zijn.
Wil je wel geloven: daar vindt God het fijn.

- praat samen door over de vraag: Kom je wel eens in de kerk?
Ja: Wat vind je er fijn? En waarom?
Nee: Ben je wel nieuwsgierig hoe het is om naar de kerk te gaan? Waarom wel/niet?
Iedereen: Waarom zouden mensen naar de kerk gaan? Zou je God daar kunnen vinden?

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':

God van overal,
Wij denken soms te weten
waar we U kunnen vinden
en waar U zeker niet bent.
Maar we kunnen ons lelijk vergissen.
U bent overal waar wij gaan en staan.
Wij danken U daarvoor
en wij bidden U
dat we U de kans geven
om ons terug te halen naar ons eigen leven.
Dat vragen wij U in Jezus naam. 
Amen

- blaas het lichtje uit.

Week 5 Woont God in de stem van Profeten? (week 6 april e.v.)

Op de kijktafel ligt op een lichte ondergrond de kubus met de afbeelding van de Profeet (5) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de profeet. Denk bijvoorbeeld aan een boekrol (zelf maken) of een klein bijbeltje. Ook de geboden kunnen er een plaats krijgen, want de profeten roepen op om die goed in het oog te houden.

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het gedichtje De droom van een profeet, naar Jesaja 35 van Gerrie Huiberts voor uit de rubriek 'Vertellen'.

- zeg nogmaals het refrein, lees het bijpassend coupletje:

In woorden en daden van een wijze profeet
die Amos, Jesaja of Jeremia heet,
die aanvuurt en waarschuwt dat het béter moet!
Wil je wel geloven: daar voelt God zich goed.

- praat samen door over de vraag: Wat doet een profeet? [hij waarschuuwt en levert kritiek] en waarom doet hij dat? [om mensen op het goede pad te houden, als boodschapper van God]
Ken je profeten in onze tijd, mensen die opkomen voor een betere wereld?

- bid tot slot een bijpassend gebedje, dat je zelf maakt:

God van alle mensen,
U bent te vinden in ons,
als wij ons best doen voor een betere wereld.
Daarom bidden wij om:
.... ... ... ...

Geef dat wij mensen laten zien
hoe het beter moet met de aarde
hoe het beter kan als mensen met elkaar.
Amen

- blaas het lichtje uit.

Week 6 Woont God in de Mens? (week 13 april e.v.)

Op de kijktafel ligt op een lichte ondergrond de kubus met de afbeelding van de baby met familie (6) naar voren. Voor de kubus staat een klein lichtje en een symbool voor de menswording van God. Denk bijvoorbeeld aan een kribbe en een kruis. Mag Maria als 'moeder Gods' ook een plekje krijgen?

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het verhaal van kerstmis voor uit jullie kinderbijbel, gevolgd door een stukje over de intocht in Jeruzalem (Jezus als koning op een ezel) of lees de korte navertelling van het verhaal uit de rubriek 'Vertellen'.

- zeg nogmaals het refrein, lees de bijpassend coupletjes:

In mensen, in kinderen, in oud en in jong,
telkens weer fris zoals alles begon,
zie je de Schepper, en ook wordt verklaard:
in Jezus, het Kerstkind kwam God op aard!

In mensen, in Jezus, daar vind je God thuis:
in een stal geboren, gestorven aan het kruis,
gekomen uit de hoge, zó diep neergedaald,
wordt Hij met Pasen uit de dood gehaald.

 - praat samen door over de vraag: God is mensgeworden in Jezus. Had je je God zo voorgesteld? Is Hij ook in anderen mensen aanwezig? Zijn wij beeld van God?Zie je Jezus als voorbeeld?

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':

Jezus, 
Om U te leren kennen
moeten we heel goed naar U luisteren
en al onze eigen gedachten opzij zetten.
Dat is heel erg moeilijk.
Maar we willen het toch iedere dag opnieuw proberen
Help ons daarbij.
Amen 

- blaas het lichtje uit.

Week 7 't Is Pasen (19 april Paasavond, 20/21 april, 1e en 2e Paasdag)

Vervang eventueel de ondergrond door een vrolijke gele of oranje. Daarop komt de opengevouwen kubus te liggen. Binnenin de kubus ontvouwt zich een Paastafereel. Leg er wat eitjes (nieuw leven) en wat bloembolletjes bij.  

Kom samen rond de kijktafel.

- steek het lichtje aan. 
- zeg het refrein van het veertigdagenversje:

Zes weken, veertig dagen meer leven met God.
Op weg gaan naar Pasen, op zoek naar waar Hij woont.
Jezelf laten raken: wie is God, en waar?
Zeven keer vragen: ‘God, woont U daar?’

- lees het verhaal van de opstanding voor uit jullie kinderbijbel.

- zeg nogmaals het refrein, lees de bijpassende coupletjes:

’t is Pasen, ’t is Pasen, de schepping zingt blij,
de bomen bloeien vurig, de mensen zijn vrij.
Al leek alles treurig en donker en dicht:
het graf is geopend, God woont in het Licht.

Een stralende morgen voor jou en voor mij,
geen traan meer, geen zorgen, de dood is voorbij.
We vieren het leven, omdat God daarin woont
Jezus verrezen, het is een nieuw Verbond!

- praat samen door over de vraag: God woont niet in het graf, Jezus is opgestaan. We vieren feest. Wat ga jij doen om met Pasen feest te vieren? 

- bid tot slot het bijpassende gebedje, dat je vindt in de rubriek 'Bidden en Vieren':

Jezus,
U bent opgestaan uit de dood.
Dat is een onbegrijpelijk groot wonder.
U verscheen aan uw leerlingen
maar zij vonden het moeilijk te geloven.
Het heeft iets met de grote liefde te maken
die God heeft voor alle mensen.
Als we iets van die liefde begrijpen
snappen we ook meer van een leven na de dood.
Leer ons daarom lief te hebben. 
Dat vragen wij U in Gods naam.
Amen

Laat tijdens de Paasdagen het lichtje branden!  

Edith Vos