Vertellen

Hier vind je nieuwe versjes en verhalen, en advies over kinderboeken
en bijbelverhalen bij het thema.

Bijbelverhalen over je radar op God richten

Je radar richten op het goede en juiste om te doen. In de Bijbel zijn heel wat voorbeelden te vinden van hoe moeilijk dat is. En vergelijkbare situaties als in die voorbeelden kunnen zomaar ook in je eigen leven voorkomen. Daarom staat bij elk bijbelverhaal ook een klein gebedje.

De stem in de nacht
Soms word je midden in de nacht ineens wakker. Je hebt wat gehoord, maar je weet niet meteen wat. Je gaat rechtop zitten, kijkt rond in het donker en je spitst je oren. Ineens weet je het. Maar klopt het wel, wat je denkt te weten? Of vergis je je?

Samuël was nog heel jong. Hij moest nog veel leren. Daarom woonde hij in de tempel, bij de priester Eli. Hij sliep bij de lamp van God. Die mocht nooit uitgaan. Samuël mocht daarvoor zorgen. Op een nacht schrok Samuël wakker. Iemand had hem geroepen. Dat moest priester Eli wel zijn, wie anders? Hij rende naar Eli toe en zei: “Hier ben ik?” “Ik heb je niet geroepen, jongen,” zei de priester, “ga maar weer naar bed.” Dat gebeurde nog twee keer. Toen begreep Eli dat God Samuël riep, maar dat Samuël nog niet geleerd had om naar God te luisteren. “Als God je weer roept,” zei hij tegen Samuël, “dan hoef je alleen maar tegen God te zeggen: ik zal naar U luisteren.” Zo leerde Samuël naar God te luisteren.

Dit verhaal vind je in veel kinderbijbels, bijvoorbeeld in De Kijk-en vertelbijbel van Jan Godfrey en Paola Bertolini Grudina. Deze bijbel is voor jonge kinderen.

Bij dit verhaal kun je bidden:

Goede God,
Sommige mensen zeggen
dat zij met U kunnen praten
en kunnen horen wat U wilt zeggen.
Maar hoe moet dat dan?
U heeft toch geen mobieltje?
Kan ik leren om uw woorden te horen?
Wilt U mij blijven roepen,
tot ik geleerd heb
om naar U te luisteren
en te begrijpen wat U me zeggen wilt?
Want ik wil heel graag weten
wat U mij te vertellen heeft.
Amen.

De stem van de stilte
Het verhaal van de ontmoeting van de profeet Elia met God is voor veel volwassenen een favoriet verhaal uit de bijbel. Maar je vindt het niet vaak in een kinderbijbel. Gelukkig wel in de vertellingen van Nico ter Linden.

Elia is helemaal uitgeput. Hij heeft zich uitgesloofd voor God en soms zelfs successen geboekt, maar nu is hij op de vlucht want er staat een prijs op zijn hoofd. Hij ziet het niet meer zitten. Hij krijgt van God de opdracht naar de berg van Mozes te gaan. Daar valt hij in slaap in een rotsholte. Hij wordt wakker van een stem die hem vraagt wat hij op de heilige berg doet. Elia grijpt zijn kans en klaagt dat hij het niet meer ziet zitten, dat hij zich alleen voelt en dat het allemaal zinloos is wat hij tegen de mensen zegt. De stem nodigt hem uit om buiten, voor de rots te gaan staan. Elia hoopt dat hij nu de kans krijgt God te ontmoeten. Dan begint het te stormen. Maar in de storm is God niet. Na de storm volgt een aardbeving. Maar in de aardbeving is God niet. Donder en bliksem volgt, maar in het vuur uit de hemel is God niet. Dan wordt het stil. En daar in de stilte ontmoet Elia God. En hij krijgt weer nieuwe moed. Hij gaat opnieuw aan het werk.

De kinderbijbel van Nico ter Linden is bedoeld voor kinderen vanaf 10 jaar en hun (groot)ouders, zo staat er op de achterkant.

De profeet in de vis, verhalen uit het Oude Testament, Nico ter Linden

Bij dit verhaal kun je bidden:

Grote God,
Er is veel lawaai in onze wereld.
Om ons heen klinken de stemmen van mensen,
het geluid van de auto’s,
het gefluit van de vogeltjes
de klanken van muziek.
Zelfs in ons eigen hoofd is er herrie,
duizenden gedachten die mij afleiden,
het suizen van mijn bloed in mijn oren,
het kloppen van mijn hart.
Help mij rustig en stil worden
om mij af te stemmen op U.
Geef me geduld, vooral met mezelf
zodat U de kans krijgt om bij mij binnen te komen.
Amen.

Er blijft altijd wel wat over
Alles raakt een keertje op. Een pak yoghurt, een pan met macaroni, een brood, er is een laatste sneetje, een laatste hap, een laatste slok. En als je niet zoveel hebt, dan denk je goed na aan wie je iets geeft en aan wie niet. Dat is verstandig toch?

Zo dacht zelfs Jezus dat ook. Maar een vreemde vrouw hielp Hem om anders te kijken. Dat ging zo. Jezus logeerde in een vreemde streek, buiten zijn eigen land. Plotseling kwam er een buitenlandse vrouw bij Hem op bezoek. Ze smeekte Hem om haar dochtertje te genezen. “Het spijt me,” zei Jezus, “dat kan ik niet doen. Het brood voor de kinderen geven we niet aan de honden.” “Dat klopt”, zei de vrouw, “maar de kruimels van het brood mogen de honden wel hebben.” “U heeft helemaal gelijk," gaf Jezus toe, “uw dochtertje zal beter worden.” Zo leerde een vreemde vrouw Jezus dat je niet bang moet zijn. Er blijft altijd wel wat over.

Dit best wel moeilijke verhaal wordt, net als alle andere bijbelverhalen, goed uitgelegd in Om te beginnen door Bara van Pelt en Anja A. de Fluiter met illustraties van Erika Cottelaer.

Bij dit verhaal kun je bidden:

Lieve Jezus,
Het is niet erg om van mening te veranderen.
Als iemand anders iets verstandigs zegt
hoef je je niet te schamen,
dat je het eerst verkeerd zag.
Je mag blij zijn
dat iemand je helpt
om beter te begrijpen
wat de bedoeling is van God met ons leven.
Help ons om te blijven luisteren naar elkaar.
Amen.

De genezing van de blinde
Ken je dat? Dat je nog een keer extra moet knipperen met je ogen om iets werkelijk scherp te zien? En dan blijkt die enge man die je langs de weg meende te zien staan een kliko te zijn of de open gesperde muil op de muur de schaduw van je lamp.

Iets soortgelijks overkwam ook eens een blinde man. Hij werd door Jezus mee genomen, weg bij alle nieuwsgierige mensen vandaan. Buiten het dorp smeerde Jezus wat modder op de ogen van de man en vroeg hem toen: “En zie je al wat?” “Ja, ja, vaag” antwoordde de man, “ik zie bewegende bomen, maar dat kan helemaal niet.” Jezus legde opnieuw zijn handen op de man. Toen zag de man alles haarscherp, hij kon de vingers aan de hand van een kleine jongen ver weg tellen.

Dit verhaal kan je lezen in Het begon met Licht, Bijbelverhalen voor groot en klein van Gerrie Huiberts en Anne Westerduin.

Bij dit verhaal kun je bidden: 

Lieve Jezus,
We zijn soms zo ongeduldig.
Alles moet meteen goed zijn.
We willen de dingen direct begrijpen.
Maar soms moeten we het nog eens proberen.
En nog eens. En nog eens.
Leer ons, Jezus om geduldig te zijn
en te wachten tot de tijd rijp is,
of tot we er zelf klaar voor zijn.
Amen.

De schellen vallen Saulus van de ogen.
Soms kom je mensen tegen die een enorme hekel aan gelovigen hebben. Of ze willen niets met God en Jezus te maken hebben. Praten helpt niet. Ze willen niet luisteren. Misschien moet er iets gebeuren waardoor ze even stil gezet worden en opnieuw kunnen afstemmen op wat werkelijk belangrijk is.

Dat overkomt Saulus. Saulus is op jacht. Hij wil mensen die in Jezus geloven gevangen nemen. Maar onderweg komt er plotseling een fel licht uit de hemel. Saulus valt van zijn paard en kan plotseling niets meer zien. Hij wordt door zijn reisgenoten naar de stad gebracht. Daar krijgt hij na een paar dagen bezoek van Ananias. Ananias praat met Saulus. Hij bidt ook voor hem. Dan ziet Saulus plotseling in, dat hij helemaal verkeerd bezig was. Hij wordt een volgeling van Jezus. Ananias geeft hem een nieuwe naam, Paulus en als een herboren mens gaat Paulus iedereen vertellen over Gods Zoon.

Dit verhaal staat in veel kinderbijbels, o.a. in de Prentenbijbel van Marijke ten Cate en Sylvia Vanden Heede. Deze kinderbijbel is voor jonge kinderen.

Bij dit verhaal kun je bidden: 

Lieve Jezus,
Soms zitten we helemaal op de verkeerde weg.
We doen niet wat bij ons past
en beschadigen onszelf of andere mensen.
Maar we kunnen altijd omkeren.
Help ons daarom
om niet blindelings ergens op af te gaan
maar ook onderweg contact te houden met U
door te bidden en verhalen te lezen uit de Schrift.
Want uiteindelijk willen we aankomen
In uw mooie wereld.
Amen.

Wies Sarot