Vertellen

Hier vind je nieuwe versjes en verhalen, en advies over kinderboeken
en bijbelverhalen bij het thema.

Bijbelverhalen: de schepping van alle soorten

In de Bijbel wemelt het van de dieren. Vanaf het allereerste begin zijn ze erbij en tellen ze mee. Adam mag hen één voor één een naam geven, die echt bij hen past. Als de aarde dreigt te overstromen, zorgt God ervoor dat de dieren in veiligheid worden gebracht. En ook Jezus laat zien hoeveel God om dieren geeft: geen musje zal vallen zonder dat God ervan weet.

De schepping

In het begin schiep God de hemel en de aarde. Op de zesde dag maakte God de dieren en de mensen. God wil dat de aarde vol leven is. Hij maakt kleine en grote dieren, wilde en tamme. En God zag hoe mooi het was. Hij brengt de dieren naar Adam, de eerste mens. Hij mag ze een naam geven. Wat was de wereld mooi!

Je vindt het verhaal over Adam die de dieren een naam geeft in Allemaal een naam van Lee Ann Vermeulen.

Het liedje dat erbij hoort kun je hier beluisteren:

De ark

Helaas blijft het niet zo mooi. De mensen maken ruzie en doen elkaar kwaad. God besluit opnieuw te beginnen. Hij vraagt aan Noach om een ark te bouwen, een grote boot waarin alle dieren een plekje kunnen krijgen. Van elke soort mogen er twee met Noach mee. Zo redt God de dieren en maakt met hen een nieuw begin.

Je vindt het verhaal van de ark van Noach o.a. in Schitterende Bijbelverhalen om voor te lezen van Marie-Hélène Delval.

Psalm 104

Koning David was onder de indruk van alles wat God had gemaakt. Hij zingt er vaak over in de Psalmen, de liederen die hij voor God schreef. In Psalm 104 beschrijft hij hoe prachtig God de wereld heeft geschapen:

Heer, uw bomen zijn altijd groen,
de hoge bomen die u geplant hebt.
Daar maken vogels hun nesten,
ooievaars wonen in de hoogste takken.
Berggeiten wonen hoog in de bergen,
andere dieren leven in de dalen.
Elk dier heeft zijn eigen plek.
(…)
Heer, wat hebt u veel gemaakt, en wat is alles prachtig!

(uit: de Bijbel in Gewone Taal)

Illustratie uit: Mijn mooiste kinderbijbel

Kijk eens naar de vogels!

Jezus zegt tegen zijn vrienden: Jullie moeten je geen zorgen maken over wat je moet eten of over wat je moet aantrekken. God de Vader zorgt voor jullie. Een mus is niet veel waard, maar geen enkele mus valt op de grond zonder dat de Vader ervan weet. Maak je dus geen zorgen, want jij bent nog veel meer waard dan een musje. God zelf zal jou bewaren.

Je vindt dit verhaal in de Bijbel in Matteüs 10. Het staat o.a. in de Prentenbijbel van Marijke ten Cate.

Ruth Hartog - Hoogendam