Soort na soort
Het wemelt van de soorten
Laatst ben ik bij de schouw van een kunstacademie geweest. Daar kreeg ik een selectie kunstwerken te zien, allemaal gemaakt door studenten in hun laatste jaar (waaronder ook een installatie van mijn eigen dochter). Boeiend was de verscheidenheid onder de creaties: men werkte digitaal of met verf of met een telescoop om een nieuwe kijk te geven op de werkelijkheid waarin we ons bevinden. Verrassend en uitdagend was het. En daar bleef het niet bij. Te midden van alle kunst zag ik een baby, nichtje van één van de studentes. “Kijk,” zei ik tegen mijn vrouw, “de kunstzinnigheid van de Schepper zelf!”
Ja, schitterend is het wat God maakt, en wat God door de mens tot stand brengt. Overal waar je kijkt kom je verschillende vormen van goedheid en schoonheid tegen. Dit horen we ook terug in het scheppingsverhaal van Genesis en in het slotlied van de Psalmen. Hemel en aarde, licht en duisternis, land, zee, gras, bomen, dieren, vis, vogels… alles komt van God en wordt gezegend door God. God beleeft vreugde aan alles wat Hij gemaakt heeft (Psalm 104:31). Tijdens de zondvloed neemt God alle verschillende soorten dieren in bescherming in de ark van Noach (Genesis 6:19-20). En uiteindelijk looft alles op zijn manier God (Psalm 148). Het kan niet anders, want in ons diepste wezen weten wij waar we vandaan komen en waarvoor wij bestemd zijn.
Opvallend is dat God niet voor de uniformiteit kiest, maar voor diversiteit. De wereld “wemelt” van “allerlei soorten” levende wezens. (Genesis 1:20-25) Sta er eens bij stil: niet alleen zijn er talloze soorten schepsels, maar ook binnen de verschillende soorten zijn er verschillende soorten. We hebben niet alleen vis, maar walvissen, zwaardvissen, haaien en forel. We hebben niet alleen bloemen, maar paardenbloemen, zonnebloemen, rozen, tulpen ... elke plant bloeit naar zijn soort.
Waarom kiest God voor zo’n diversiteit? In zijn encycliek Laudato sí (86) zegt paus Franciscus dat geen enkel schepsel de veelzijdige goedheid en schoonheid van God kan vertegenwoordigen. Daar heb je ontelbare soorten voor nodig. Bovendien, zegt de paus, zijn alle verschillende schepsels met elkaar verbonden, en ze vullen elkaar aan. (Bijen dragen pollen voor de bloemen, en beren eten graag de honing van de bijen, om een eenvoudig voorbeeld te gebruiken.) “Alles staat in relatie tot elkaar en wij allen, menselijke wezens, zijn verenigd als broeders en zusters in een wonderbaarlijke pelgrimstocht, verbonden door de liefde die God voor elk van zijn schepselen heeft en die ons ook onderling met tedere genegenheid verenigt met zuster zon, broeder maan, broeder rivier en moeder aarde” (Laudato sí 92).
Amen! Kortom: Heb je medeschepsels lief en loof de Heer, die hemel en aarde gemaakt heeft!
Tim Schilling
Artikelen in dit thema Soort na soort
- 4 oktober: Dierendag
- Dierendag! Feest van Sint Franciscus
- Zoveel soorten!
- Het Zonnelied van Sint Franciscus
- Nieuw bij Adveniat: Kinderfilmpjes rond evangelieverhalen
- Versje: soort na soort
- Het wemelt van de soorten
- Vlinderfoto's soort na soort
- Bijbelverhalen: de schepping van alle soorten
- Schelpen sorteerdoos
- Maak een soorten-mobile
- Zoveel soorten om voor te bidden
- Prentenboeken over dieren in soorten en maten
- Soortenspelletje: Pim-Pam-Pet