Elkaar verstaan
De taal die ons bindt
Op school in de Verenigde Staten leerde ik Spaans – of liever, ik probeerde Spaans te leren, maar dat lukte maar deels omdat er weinig Spaanstalige mensen in mijn omgeving waren met wie ik kon oefenen. Het gebrek aan mijn kunnen werd me later duidelijk tijdens een bezoek aan Duitsland. Daar kwam ik een Spaanse reiziger tegen die moeite had met bellen. Hij stelde mij een vraag, maar toen ik hem probeerde te antwoorden kon ik alleen maar Nederlandse woorden bedenken. Dit omdat ik toen in Leuven studeerde en mijn hoofd vol met Nederlands was. Toen dacht ik: hier heb je het gevolg van Babel in een notendop: een Engelstalig iemand spreekt Nederlands tegen een Spanjaard in Duitsland. Er is inderdaad zoals het verhaal in Genesis 11,9 zegt, verwarring gebracht in de taal van alle mensen!
En het probleem ligt niet alleen aan de verschillende talen in de letterlijke zin. Hoe vaak heb ik niet gezien hoe bij ons thuis, waar iedereen dezelfde talen spreekt, een gesprek ontspoort omdat verschillende interpretaties worden toegepast op alom bekende woorden. Dan zegt iemand, bijvoorbeeld, terwijl de emotie oploopt, “Nee, zo bedoelde ik het niet.” Of “Jij snapt mij niet.” Of “Je wil niet horen wat ik bedoel.” Ons woordgebruik is in het algemeen heel complex, met meerdere lagen van betekenissen erachter. Sterker nog, elke uitspraak komt voort uit een interne leefwereld die voor de ander grotendeels ontoegankelijk is. Lastig hoor! Geen wonder dat de mensheid kampt met zoveel grote, maatschappelijke problemen.
Maar hopeloos is de situatie niet. Want de Bijbel vertelt niet alleen over die spraakverwarring onder de mensen, maar ook over de geestelijke kracht die verbinding mogelijk maakt. Na het verhaal van de Toren van Babel in het Oude Testament – een verhaal van uit-de-hand-gelopen trots en eigenzinnigheid – komt in het Nieuwe Testament het Pinksterverhaal (Handelingen 2,1-13). Met het neerdalen van de heilige Geest breekt een nieuwe kans voor wederzijds begrip aan. Naast wind en vuur is er in dit verhaal een derde teken van de mensen uit verschillende taalgebieden die ineens elkaar verstaan. Mensen “stonden versteld en vroegen zich verwonderd af: ‘Maar dat zijn toch allemaal Galileeërs die daar spreken? Hoe is het dan mogelijk dat ieder van ons de taal van zijn geboortestreek hoort?’”
De sleutel hier ligt in het woord 'geboortestreek'. Want waar vinden wij onze geboortestreek eigenlijk? Niet zozeer in een bepaalde regio – in het Midden-Oosten bijvoorbeeld, of Nederland of Amerika, maar in de diepste zin in het leven van God zelf. Onder alle verschillen ligt onze verbondenheid als kinderen van God – en de taal die ons verbindt is de liefde, uitgestort in ons hart door de heilige Geest (Romeinen 5,5). Liefde maakt mogelijk wat anders niet haalbaar is: het is echt onmisbaar in menselijke relaties. “Al spreek ik de taal van mensen en engelen – als ik de liefde niet heb, ben ik een galmend bekken of een schelle cimbaal.” (1 Korintiërs 13,1).
Dit heb ik ook gezien in mijn leven, hoe liefde mensen in staat stelt om onbegrip en verschillen te overbruggen. Want je moet verder kunnen kijken dan de woorden zelf. Zoals gebeurde bij een jongen van vijftien die weggestuurd was van school om reden van wangedrag. Bij zijn nieuwe school las de conrector hem de brief voor die hij ontvangen had van de oude school. Over hoe opstandig en respectloos de jongen was. “Dit is erg,” zei de conrector, “heel erg.” Toen scheurde hij de velletjes. “Het is erg dat iemand zoiets over jou zou zeggen. Welkom op onze school. Je maakt hier een nieuw begin.” Het was de moeder van de jongen die mij dat vertelde, jaren later, nadat hij zijn Masters had gehaald bij het M.I.T. (Massachusetts Institute of Technology). Haar zoon noemt die conrector nog altijd: “De man die mij liet leren.”
Moge liefde ook de kracht zijn achter al onze woorden. Zalig Pinksteren!
Tim Schilling