Verdiepen

Hier vind je achtergrondinformatie bij het thema, voedsel voor je spiritualiteit
en tips voor de geloofsopvoeding.

Wie heeft er lef?

Hé jongens, ga nou allemaal maar mee,
we gaan naar V&D.
We draaien lekker in die draaideur, hoor,
geen mens kon er meer door.
Tot één van ons gepakt werd door de chef:
“Heb jij nog eens het lef!”

(Uit: Als je niets te doen hebt, songtekst van J.J. de Bom, voorheen ‘De Kindervriend’)

Heb het lef, dat klinkt vaak niet positief: waag het niet! Toch betekent dit woord in het Hebreeuws, de taal van de bijbel: moed en hart. Die twee hangen samen, want als je ergens hart voor hebt, sta je er ook voor open. Ooit moest onze stoere dochter van vijf huilen omdat één van haar ooms haar een beetje te veel geplaagd had. Tot ieders verbazing liep haar zeer verlegen zusje van drie naar de betreffende oom toe en terwijl ze letterlijk bibberend van angst voor hem ging staan, ontspon zich het volgende gesprek:

Dochter: Ik vind jou niet lief.
Oom (beteuterd): nee?
Dochter: ik vind Sophie wel lief.
Oom (getroffen): o ...

 We denken bij lef misschien gauw aan lefgozertjes, stoer zijn, iets wat je misschien juist niet wilt aanmoedigen.

Wil je meedoen, zegt mijn vriendje,
met een spannend avontuur?
Dan schrijf jij met deze krijtjes
vieze woorden op de muur.
Dank je lekker, dank je lekker,
dan heb ik het weer gedaan.
Dank je lekker, dank je lekker,
daar begin ik maar niet aan!

(Uit: Dank je lekker / Nannie Kuiper.)

En omgekeerd denk je misschien aan kinderen die bang zijn, die niet de zee in durven, die niet dicht bij het kampvuur durven; kinderen die je als ouders probeert een zetje te geven om het erop te wagen. Maar het is goed te bedenken dat er veel soorten moed zijn, ook bij kinderen. Als je dyslectisch bent en je moet elke dag maar weer extra oefenen, dat vraagt moed. Het uithouden in moeilijke situaties zoals gepest worden, dat vraagt moed. Maar lef in bijbelse zin heeft dus bij uitstek te maken met wat en wie je aan het hart gaat. En daar de moed voor opbrengen.

Ouders met lef
Soms loopt het met je kind anders dan je van te voren gedacht had. Een kind kan moeilijk zijn, anders, ook zo anders dan jijzelf. Bang, of heel druk, ingewikkeld. Je kunt een kind krijgen met een ernstige beperking. Een kind is altijd een gave, maar kan een veel grotere opgave zijn dan je van te voren ooit had kunnen denken. Wat dan?

Lef: moed, liefde en geduld
Ouders zijn met lef betekent vanuit ons geloof: de moed hebben het uit te houden met elkaar, dat alleen al vraagt enorm veel moed, liefde en geduld. En dan: liefdevol blijven naar je kind en naar jezelf en je partner, en dag na dag proberen van daaruit te reageren. We zijn allemaal op een bepaalde manier opgevoed en opgegroeid en vaak reageer je op de automatische piloot, vanuit bezorgdheid, angst, gekwetstheid, boosheid. Je krijgt dan actie-reactie.

Wat Jezus zegt over ‘de andere wang toekeren’, dat heeft alles te maken met kunnen pauzeren tussen actie en reactie en dan reageren vanuit tegenwoordigheid van Geest. Bidden en mediteren kunnen ons helpen dat te leren.

NS

de illustraties komen uit:  Diana Barbara & Clotilde Perrin, Zo kun je bidden, Als je verdrietig bent.