Artikelen uit 2004
Wat voor geloofstype ben jij?
Kruis bij elke vraag één antwoord aan, het antwoord dat het méést bij jou past. Je antwoord staat voor een letter: a,b,c,d of e. De omrekensleutel staat onderaan de test. Tel dan hoe vaak je elke letter hebt gescoord.Aan de hand daarvan blijkt welk geloofstype je bent!
Neem de test niet te serieus. Hij is vooral bedoeld als een opstap voor gesprek.
1. Wat vind je van bidden?
1. Als er gebeden wordt, doe je vanzelf en van harte mee.
2. Je bidt best weleens, maar dat hoeft niemand te weten.
3. Je hebt nog nooit gemerkt dat het helpt, daarom vind je het zinloos.
4. Je denkt weleens aan God en zo, maar of dat nu bidden is?
5. Je bidt, maar vindt handelen minstens zo belangrijk. Geen woorden maar daden.
2. Welke rol speelt godsdienst in oorlog en vrede volgens jou?
1. Godsdienst en ruzie horen nu eenmaal bij de mens. So what?
2. Een bedenkelijke rol. Gelovigen laten zich makkelijk manipuleren.
3. Godsdienst helpt mensen juist om naar vrede te streven.
4. Weinig, want geloof is een persoonlijk iets.
5. Godsdienst is zowat de voornaamste oorzaak van oorlog.
3. Iemand noemt het verhaal van de barmhartige Samaritaan uit het Nieuwe Testament als voorbeeld van zinloos geweld op straat. Wat vind je?
1. Je vindt het een mooi voorbeeld, je denkt erover na.
2. Je weet eigenlijk niet wat het verhaal met jou, nu, te maken heeft.
3. Je kent het verhaal goed en je hoopt dat het altijd verteld blijft worden.
4. Je vindt de barmhartige Samaritaan een steengoed voorbeeld voor ons.
5. Het voorbeeld slaat nergens op, omdat ze in die tijd geen "zinloos geweld" kenden.
4. Je bent op een verjaardag en iemand vraagt wat je hebt met de kerk.
1. Je vindt de kerk op haar best als die opkomt voor gerechtigheid.
2. Met het instituut heb je niet zoveel en je praat er niet graag over.
3. Je zegt dat de sfeer je aanspreekt en dat je er graag bij bent.
4. Je hebt respect voor sommige rituelen en verhalen, veel is flauwekul.
5. Die vraag komt ongelegen, je verandert van gespreksonderwerp.
5. Iemand die niets van geloof weet, wil van jou iets horen over Jezus
1. Je zegt dat zijn bestaan helemaal niet bewezen is, daarom is het een geloof.
2. Je zegt dat hij iets met God te maken heeft, verder weet je "t eigenlijk niet.
3. Je zegt dat hij jou inspireert en vertelt welke verhalen van hem je mooi vindt.
4. Je vertelt kort en zakelijk wat je ongeveer over zijn leven weet.
5. Je legt uit dat radicale mensen als hij nog steeds gedood worden vanwege hun overtuiging.
6. Gedoopt zijn betekent voor jou:
1. Een geheime kracht in je leven.
2. Niets, als je er geen consequenties aan verbindt.
3. Een familietraditie die erbij hoort, iets dat mensen mogen weten.
4. Iets vaags uit je verleden waar je weinig mee hebt.
5. Een symbool van iets onzichtbaars waar je nog niet achter bent.
7. In de opvoeding van je kind is geloof
1. Een stevige basis voor een bewust mens-zijn
2. Een dieper iets dat je wilt meegeven, op jouw manier
3. Een moeilijk onderwerp, waarvan het nut niet vaststaat.
4. Een riskant terrein; je wilt geen verzinsels doorgeven.
5. Iets warms en waardevols dat het leven mooier maakt.
8. In gesprek met je partner is geloof
1. Een gevoelig gespreksonderwerp, dat nogal makkelijk vastloopt
2. Een basis onder je relatie, zichtbaar in concrete vormen.
3. Een onderwerp waar je stilzwijgend hetzelfde bij voelt.
4. Stof voor eindeloze discussie, leuk, of minder leuk.
5. Iets dat je telkens weer inspireert tot echte idealen.
Bereken nu je score door jouw antwoord om te zetten in een letter:
Vraag 1: antwoord 1=c, 2=a, 3=b, 4=e, 5=d
Vraag 2: antwoord 1=e, 2=d, 3=c, 4=a, 5=b
Vraag 3: antwoord 1=a, 2=e, 3=c, 4=d, 5=b
Vraag 4: antwoord 1=d, 2=a, 3=c, 4=b, 5=e
Vraag 5: antwoord 1=b, 2=e, 3=c, 4=a, 5=d
Vraag 6: antwoord 1=a, 2=d, 3=c, 4=e, 5=b
Vraag 7: antwoord 1=d, 2=a, 3=e, 4=b, 5=c
Vraag 8: antwoord 1=e, 2=c, 3=a, 4=b, 5=d
Tel nu op hoeveel keer je a, b, c, d, of e hebt gescoord. Welke letter scoort het hoogst bij jou? Lees hieronder wat voor geloofstype daarbij hoort. Heb je een tweede letter vaak aangekruist, dan zul je iets van beide types hebben. Vergelijk je score eens met die van anderen.
Geloofstypes
Type a: Het "stille water"
Voor jou is je geloof een onzichtbare bron. Het is vooral een innerlijke, persoonlijke aangelegenheid. Je hebt niet echt de behoefte om daar met anderen over te praten. Je leest en denkt er wel over. Het is een positief gevoel van binnen dat niemand je kan afnemen.
Type b: De "no nonsense" denker
Voor jou is geloof een soort inzicht dat gaat over onzichtbare dingen. Misschien zijn ze waar, misschien ook niet. Je onderzoekt het, maar komt er nooit achter. Je wilt er wel over nadenken en redeneren. Je denkt soms dat je de enige bent die zo kritisch nadenkt over God en geloof. Het laat je niet los.
Type c: De toegewijde doener
Voor jou is geloof een vertrouwd iets. Het hoort bij jouw/jullie leven. De bijpassende verhalen en gebruiken zijn je dierbaar. Je ziet iets heiligs in het gewone leven, een lichtje achter de dingen. Daar hoef je niet eens zoveel woorden aan te besteden. Mensen kunnen op je rekenen als er iets gedaan moet worden.
Type d: De kritische navolger
Voor jou is geloof een sterk geheel van idealen. Je wilt je geloof waarmaken, iets betekenen in de wereld. Je gelooft in de kracht van mensen die doen wat God bedoelt. Je kijkt goed naar de wereld, naar recht en onrecht. Je bent kritisch op de kerk en gaat een gesprek over geloven niet uit de weg.
Type e: De kat uit de boom kijker
Je geloof zit op een vergeten plek in je binnenste. Ergens heb je er wel iets mee, maar je kunt het ook een hele tijd kwijt zijn. Wat moet je ermee? Je wilt niet voor gek staan met dat moeilijke gedoe. Laat iedereen het voor zichzelf weten.
terug naar nieuwspagina